12 juni zijn we vertrokken, het is nu 14 augustus en op het moment dat ik dit schrijf liggen we in Calais aan een mooring als tij stop om straks in de middag met de stroming mee naar Boulonge-Sur-Mer te varen. Wat is er gebeurd de afgelopen acht weken dat we nog steeds zo dicht bij Nederland zijn?
Ik zal beginnen bij week 1. Na een emotioneel afscheid in IJmuiden vertrekken we richting Scheveningen. De toch verloopt niet vlekkeloos, al na een half uur breekt het middelste schootblok* van de giek. Dat klusje komt ook op de to-do-lijst om in Scheveningen aan te pakken. Eenmaal aangekomen in Scheveningen doen we wat laatste klusjes en rusten we uit. De laatste paar maanden waren hectisch en slopend, we hebben erg veel zin om nu echt te beginnen.
Week 2 zag er heel anders uit. We vertrekken uit Scheveningen met als doel België. Er is weinig wind dus varen we voornamelijk op de motor. Na het passeren van de nieuwe waterweg (drukste vaarwater ter wereld, de haven van Rotterdam) gaan we wat meer in de relax modus. Plots horen we een harde knal en verliest de motor al het vermogen. Direct zetten we de motor uit en geschrokken ga ik naar binnen om te kijken of er iets te zien is. Als ik de trap weghaal en de ruimte onder de motor inkijk stroomt het water naar binnen “WE ZINKEN” roep ik naar Jet. Stap 1 is kijken of we het water uit de boot kunnen krijgen helaas begeven beide ‘bilgepompen’ het direct en moeten we met de hand hozen.
Na het water onder controle te hebben moeten we een beslissing nemen. We drijven nu stuurloos voor de Nederlandse kust, dus besluit ik om een zeiltje te zetten zodat we nog enige richting aan de boot kunnen geven. Op zeil zouden we er nog talloze uren over doen om de kant te bereiken en dat met de verschillende ondieptes is een riskant plan. Samen besluiten we de KNRM te contacten.
Na kort overleg roept de kustwacht ons op, op kanaal 16 “Zeiljacht Frank, Zeiljacht Frank, Zeiljacht Frank, hier de Nederlandse Kustwacht, Nederlandse Kustwacht, Nederlandse Kustwacht” Ze geven aan dat de KNRM onderweg is vanuit Stellendam en binnen een half uur in zicht zou moeten zijn. Vervolgens komen ze elke 10 minuten bij ons terug om te vragen hoe de status is en hoe het met ons ging. Binnen een half uur zien we inderdaad een grote snelle boot onze kant op komen. Als de reddingsboot naast ons komt liggen stappen twee redders over met een grote pomp op diesel met de woorden: “tot hoe hoog staat het water?” Direct geven we aan dat we het water zelf wel onder controle hebben en dat het voornamelijk gaat om het feit dat we stuurloos zijn. De reddingsboot neemt ons op sleeptouw en met een snelheid van 8 knopen (1knoop is 1,8km/h) worden we richting veiligheid getrokken.
In Marina Stellendam staat de kraan al klaar en worden we direct uit het water gehesen voor inspectie. De oorzaak kon niet snel gevonden worden dus maakte we de beslissing om de Frank op te bokken.
Zo staat ons nieuwe huis anderhalve week na vertrek alweer op de kant.
Week 3 staat in het teken van het plannen van de reparatie van de Frank. Na verder onderzoek blijkt dat er een installatie fout is gemaakt bij het plaatsen van de nieuwe motorsteunen. Dit hebben we nog geen vier weken daarvoor laten uitvoeren door een bedrijf in Lemmer. Na een hoop gesteggel nam het betreffende bedrijf zijn verantwoordelijkheid en kunnen we beginnen met de reparatie. Voor ons helpt het heel erg dat de mensen in Marina Stellendam zo behulpzaam zijn en met ons meedenken.
In week 4 wordt duidelijk wat er allemaal gedaan moet worden om Frank weer in het water te krijgen. Er moet een nieuwe schroefas koker geplaatst worden, om dit te doen moet de motor of het roer verwijderd worden. Wij kiezen uiteindelijk voor de motor, zodat we zelf nog wat dingen kunnen doen aan de motorruimte. Michel, de monteur die de reparatie zou uitvoeren, had er vertrouwen in en zal starten zodra we een definitief akkoord hebben van het verantwoordelijke bedrijf. Aan het einde van de week komt dit akkoord eindelijk en maandag gaan we beginnen met het verwijderen van de motor.
Week 5, op maandag wordt de motor verwijderd en beginnen we met het schoonmaken van de motorruimte we hebben grootse plannen en die zijn goed gelukt.
Verder komen er wat vrienden langs want ja je bent nu nog in Nederland dus nu kan het nog. Lekker BBQen en zwemmen want we hebben een prima weertje. Ook nemen we de motor onderhanden.
Ontroest, ontvet en gespoten. Ook is Michel bezig met het technisch nakijken van de motor. Hier leren we erg veel van, omdat we mee kunnen kijken en veel zelf kunnen doen.
Week 6. Michel begint met het verwijderen van de oude schroefaskoker en het plaatsen van de nieuwe, deze koker is nu van rvs en moet afgegoten worden met epoxy. Dit is een chemisch werkje en indrukwekkend om te zien. Nu is alles klaar voor de terugplaatsing van de motor.
Week 7 gebruiken we om alles af te werken en de boot weer in het water te krijgen. Na wat testen zijn we klaar voor vertrek. Om de motor goed te proberen varen we via de staande mast route naar Vlissingen en maken veel motoruren om zeker te zijn dat die technisch in orde is. Na wat laatste puntjes op de i zijn we nu dan toch echt ready voor het avontuur.
Afgelopen week verlaten we dan eindelijk Nederland en zetten we koers richting het zuiden. De wind werkt helaas niet mee en is pal zuid de hele tijd dus het zijn kleine stukjes opkruisen maar dag voor dag komen we dichter bij ons doel: de golf van Biskaje.
Wat een verhaal.